Internationale ontwerpers – Deel 1

Salens An

Belgische ontwerpster (Oostende 1940).

Wat Saint Laurent is voor Parijs en Armani voor Milaan, wat Fong Leng was voor Amsterdam, dat is An Salons voor Antwerpen. In één woord: uniek.
An Salons, bijgenaamd de paradijsvogel van de Belgische mode, trekt in het begin van de jaren ’60, na een onstuimige artistieke jeugd in een alternatief milieu, naar Antwerpen en opent daar een boetiek.
Volgens de legende zijn haar allereerste creaties afkomstig uit Spullenhulp (tweedehands), en heeft ze die aangepast en verfraaid.
Het echte succes komt pas nadat An Salens haar eigen, karakteristieke stijl heeft gevonden, op basis van gehaakte kunstzijde in smeltende, subtiele schakeringen en met ruisende franjes van top tot teen.
Vanuit Antwerpen worden buitenlandse boetieks (Parijs, Amsterdam, Düsseldorf) bevoorraad.
Juliette Greco, prinses Paola, en een groot aantal prominenten uit de showbusiness dragen creaties van An Salens.
Maar op 1 oktober 1987 wordt de zaak failliet verklaard.

Sanchez Fernando

Internationale ontwerper (Spanje 1932).

Zoon van een Vlaamse moeder en Spaanse vader.
Sanchez wordt meestal tot de Amerikaanse ontwerpers gerekend, maar in een krantenknipsel van 1958, wordt hij nog een ‘jonge Antwerpenaar’ genoemd.
Sanchez studeert aan de Ecole de la Chambre Syndicale Je la Couture in Parijs, loopt stage hij Dior, waar hij lingerie en boetiekmode tekent, en bij Revillon (bont).
In 1958 toont hij zijn eerste echte collectie te Antwerpen voor het huis hirsch (Brussel).
Daarna trekt hij naar New York, waar hij onder meer’ voor warner werkt en in 1974 een eigen bedrijf begint.
Hij lanceert ook een lingerie- en vrijetijdscollectie voor Vanity Fair (VS): de ‘ready to take off wear’